DictionaryForumContacts

Morphology analysis
voorval (186) | Noun, neuter
voorval singular singular
voorvallen plural plural
voorvallen (61) | Verb
1 voorvallen
2 voorvallend
3 voorgevallen
4 voor
5 voor
6 voor
7 voor
8 voor
9 voor
10 voorgevallen
11 voorgevallen
12 voorgevallen
13 voorgevallen
14 voorgevallen
15 voorgevallen
16 voor
17 voor
18 voor
19 voor
20 voor
21 voor
22 voorgevallen
23 voorgevallen
24 voorgevallen
25 voorgevallen
26 voorgevallen
27 voorgevallen
28 voorvallen
29 voorvallen
30 voorvallen
31 voorvallen
32 voorvallen
33 voorvallen
34 voorgevallen
35 voorgevallen
36 voorgevallen
37 voorgevallen
38 voorgevallen
39 voorgevallen
40 voorvallen
41 voorvallen
42 voorvallen
43 voorvallen
44 voorvallen
45 voorvallen
46 voorgevallen
47 voorgevallen
48 voorgevallen
49 voorgevallen
50 voorgevallen
51 voorgevallen
52 voor