 |
verb | verb | to phrases
| |||
| aanhouden; afstappen (т-в); blijven staan; haperen; hokken; intrekken (bij iem.-у кого-л.); ophouden; pleisteren; stationeren; stilhouden; stilstaan; stokken; stoppen; verwijlen (bij-на чём-л.); zich posteren; stilvallen (irreplaceable) | |||
| opdraaien | |||
| |||
| wederhouden; aanhouden; afspannen (машину); afzetten; buiten werking stellen; de voortgang stuiten; ophouden; opstoppen; stelpen (кровотечение и т.п.); stilhouden; stilleggen; stilzetten (машину, часы); stoppen; stopzetten; stuiten; tegenhouden; tot staan brengen; vangen; weerhouden; laten aflopen (часы, механизм) | |||
| praaien | |||
| останавливаться: 5 phrases in 1 subject |
| General | 5 |