DictionaryForumContacts

   Russian
Google | Forvo | +
verb | verb | to phrases
закончить vstresses
gen. gereedkomen; klaarkrijgen; met iets klaar zijn (что-л.); iets klaar hebben (что-л.); ten einde brengen; afkrijgen (IJK); beëindigen (ms.lana); stoppen (ms.lana); eindigen (ms.lana); volmaken (Сова); uitscheiden (Сова)
закончиться v
gen. een einde nemen; aflopen (Gelukkig liep het verhaal goed af. / Het weekend is alweer afgelopen. tet-a-tet)
закончить: 17 phrases in 4 subjects
Figurative1
General14
Informal1
Saying1