| |||
aanwenden; besteden; bezigen; gebruik maken van iets (что-л.); gebruiken; toepassen; verbruiken; verwerken; tegoed doen (в пищу ч-л + aan Janneke Groeneveld) | |||
Russian thesaurus | |||
| |||
пить алкоголь (систематически MichaelBurov) |
употреблять: 9 phrases in 1 subject |
General | 9 |