Sign in
|
English
|
Terms of Use
Dictionary
Forum
Contacts
Russian
⇄
Abkhaz
Afrikaans
Arabic
Bashkir
Bulgarian
Catalan
Chinese
Czech
Danish
Dutch
English
Esperanto
Estonian
Finnish
French
German
Greek
Hebrew
Hungarian
Italian
Japanese
Kalmyk
Khmer
Latvian
Lezghian
Norwegian Bokmål
Polish
Portuguese
Russian
Scottish Gaelic
Spanish
Swedish
Tajik
Turkish
Ukrainian
Vietnamese
Terms
containing
спать
|
all forms
|
exact matches only
Subject
Russian
Dutch
gen.
идти
спать
naar zijn mandje gaan
gen.
ложиться
спать
naar bed gaan
gen.
ложиться
спать
zich ter rust begeven
gen.
ложиться
спать
naar de kooi gaan
saying.
меньше знаешь - крепче
спишь
wat niet weet, wat niet deert
(=waar je geen weet van hebt kun je ook geen last hebben
Сова
)
proverb
wat niet weet, wat niet deert - меньше знаешь - крепче
спишь
deren
(
ЛА
)
proverb
wat niet weet wat niet deert - меньше знаешь - крепче
спишь
weten
(
ЛА
)
gen.
ik heb
geen
slaap - мне
не
хочется
спать
slaap
gen.
не ложиться
спать
opblijven
gen.
он
спит
спокойно
hij slaapt gerust
gen.
продолжать
спать
doorslapen
gen.
рано ложиться
спать
met de kippen naar bed
op stok
gaan
humor.
спать
до полудня
een gat in de dag slapen
idiom.
спать
как убитый
door alles heen slapen
(
Сова
)
saying.
спать
сном младенца
slapen als een roos
(
Сова
)
saying.
спать
хочется
het zandmannetje komt
gen.
хотеть
спать
vaak krijgen
gen.
хотеть
спать
vaak hebben
gen.
хотеть
спать
slaap hebben
Get short URL