DictionaryForumContacts

Morphology analysis
# (157) | Noun, feminine
# singular singular
plural plural
# | Verb
#
ggen (94) | Verb
1 ggen
2 ggend
3 gegd
4
5 gt
6 gt
7 ggen
8 ggen
9 ggen
10 gegd
11 gegd
12 gegd
13 gegd
14 gegd
15 gegd
16 i
17 gde
18 i
19 gde
20 i
21 gde
22 ien
23 gden
24 ien
25 gden
26 ien
27 gden
28 gegd
29 gegd
30 gegd
31 gegd
32 gegd
33 gegd
34 ggen
35 ggen
36 ggen
37 ggen
38 ggen
39 ggen
40 gegd
41 gegd
42 gegd
43 gegd
44 gegd
45 gegd
46 ggen
47 ggen
48 ggen
49 ggen
50 ggen
51 ggen
52 gegd
53 gegd
54 gegd
55 gegd
56 gegd
57 gegd
58
zeggen (92) | Verb
1 aanzeggen
2 aanzeggend
3 aangezegd
4 zeg
5 zegt
6 zegt
7 zeggen
8 zeggen
9 zeggen
10 aangezegd
11 aangezegd
12 aangezegd
13 aangezegd
14 aangezegd
15 aangezegd
16 zei
17 zegde
18 zei
19 zegde
20 zei
21 zegde
22 zegden
23 zegden
24 zegden
25 aangezegd
26 aangezegd
27 aangezegd
28 aangezegd
29 aangezegd
30 aangezegd
31 zal
32 zult
33 zal
34 zullen
35 zullen
36 zullen
37 hebben
38 hebben
39 hebben
40 hebben
41 hebben
42 hebben
43 zou
44 zou
45 zou
46 zouden
47 zouden
48 zouden
49 aangezegd
50 aangezegd
51 aangezegd
52 aangezegd
53 aangezegd
54 aangezegd
55 zeg