DictionaryForumContacts

Morphology analysis
loef (5) | Noun, masculine
loef singular singular
loeven (35) | Verb
1 aanloeven
2 aanloevend
3 aangeloefd
4 loef
5 loeft
6 loeft
7 loeven
8 loeven
9 loeven
10 aangeloefd
11 aangeloefd
12 aangeloefd
13 aangeloefd
14 aangeloefd
15 aangeloefd
16 loefde
17 loefde
18 loefde
19 loefden
20 loefden
21 loefden
22 aangeloefd
23 aangeloefd
24 aangeloefd
25 aangeloefd
26 aangeloefd
27 aangeloefd
28 aanloeven
29 aanloeven
30 aanloeven
31 aanloeven
32 aanloeven
33 aanloeven
34 aangeloefd
35 aangeloefd
36 aangeloefd
37 aangeloefd
38 aangeloefd
39 aangeloefd
40 aanloeven
41 aanloeven
42 aanloeven
43 aanloeven
44 aanloeven
45 aanloeven
46 aangeloefd
47 aangeloefd
48 aangeloefd
49 aangeloefd
50 aangeloefd
51 aangeloefd
52 loef